vrijdag 2 mei 2014

Thuis

op een vrijdagavond fiets ik naar huis
plastic bloemen tollend om mijn stuur
de wind stuurt de kleuren in een wuif

op twee hoog staat een man in de keuken                                          
een broodje te smeren, rechtsonder staan de gordijnen
open, op het fietspad liggen her en der miezerige peuken

de maan is een sikkel,
gekromd om de nacht, scherp en de bladeren
zijn om takken gewikkeld

op een vrijdagavond ben ik
- langs de sloot, eendjes verscholen, warm en -
zo stil als een muis



donderdag 6 maart 2014

Omgewoeld

In een donker hoekje, verstopt tussen twee handen
is alles omgewoeld, omgeschept en verstopt in aarde.
Tussen vingers door kiert een emotie af en toe,
verspreidt zich over de ruimte, leeg en uitgerekt.
Duisternis strekt zich uit, van pols tot nagels
van voeten tot haren, klimt omhoog en
intens, van grijs naar zwart, zo moe.

In een donker kamertje, verstopt tussen twee oren
zien ogen wat ze niet kunnen horen.
Donker wordt gewroet door licht,
licht wordt gedimd door duisternis,
geluid wordt gesust door aarde,
gedempt, in rust, eindeloos en met
gevoel.

woensdag 12 februari 2014

Droom graag in de nacht



droom graag in de nacht
de uiteinden gerafeld, helder
en zacht.

slaap graag overdag, met de zon
weerspiegelt de maan
onzichtbaar, maar zichtbaar
in de nacht.

droom graag in de nacht,
vaag en zacht
sluit mijn ogen,
de wereld opent zich vaak
overdag

donderdag 5 december 2013

Mezelf als mezelf

Ik ben een beetje boos.

Ik ben boos dat ik geen vier handen en vier voeten heb. Ik ben boos omdat ik het gevoel heb dat ik meer kan, maar dat het me niet lukt omdat er een gigantische muur is die me belemmert in al mijn taken. Overal word ik afgeleid. Of beloof ik te veel omdat ik geen nee meer kan zeggen?

Ik kan geen nee meer zeggen, want ik wil alles doen, maar dan ook alles. Het liefst tegelijk, gevoelsmatig, zonder te plannen, waarbij alles bij elkaar mooi aansluit in elkaar vloeit, omdat ik dat zo wil en zo voel.

Ik wil bungeejumpen, mijn hoogtevrees overwinnen; onbevreesd verliefd worden, mijn bindingsangst overwinnen; een tattoo laten zetten en mijn oren voor de derde keer laten piercen, mijn angst voor naalden overwinnen.

Ik wil mijn studie afronden, genoeg is genoeg geweest. Ik wil een volwaardig salaris ontvangen, maandelijks overmaken naar mijn ouders; niet omdat ze dat nodig hebben, maar omdat het tijd wordt dat ik ook wat voor hen doe.

Ik wil keihard huilen, eindeloos gillen en schreeuwen, nachtenlang totdat ik niets meer kan voelen en zien. Alles zou makkelijker zijn als ik kon doen alsof niks me deerde. Zelfs wakker worden zou mooier worden als ik meer niet zou geven om mensen zonder waarde, omdat ik wakker lig van die mensen – en zelfs als ik niet wakker lig, dan keren ze verdomd terug in mijn dromen.

ik wil niet dertig jaar worden en denken: had ik dit maar gedaan. Had ik het maar anders gedaan.
Maar ik wil ook niet alles accepteren zoals het is; ik wil meer van mezelf eisen en meer voor anderen doen. Maar hoe kan ik anderen helpen als ik mezelf niet als mezelf voel?

Ik ben een beetje boos. Op mezelf, alleen maar op mezelf, want de tijd gaat te snel en ik heb geen garantie dat ik morgen nog besta.

Ik heb het gevoel dat ik mijn grip heb verloren, over alles in dit leven, want al plan ik alles zoals ik het wil hebben en zien; niets gaat zoals ik het wil. Ik kan niet meer tevreden zijn; ik kan geen boeken meer lezen met een passie en wegdromen; ik kan geen verhalen meer schrijven; ik kan mezelf niet eens focussen op één doel, want alles loopt door elkaar totdat het in elkaar verstrengeld raakt en ik machteloos toekijk.

En ik ben boos, woedend, grimmig omdat ik gewoon mezelf wil zijn, zoals ik was, want de tijd gaat veels te snel en ik verander niet snel genoeg.

Maar hoe kan ik veranderen als ik mezelf niet als mezelf voel?

Soms lijkt het leven te bestaan uit enkele losse begrippen die ik niet met elkaar verbinden. Deze begrippen hangen doelloos in de lucht en ik blijf met lege handen toekijken, want hoe kan ik betekenis geven aan woorden zoals liefde, passie en geluk als ik ze niet meer met elkaar kan verbinden?

Ik ben boos, boos op mezelf, want ik wil niet meer het gevoel hebben dat ik iedereen teleurstel.

5/12/13 21:10

zaterdag 19 oktober 2013

Stromend moed

binnen stijgt de temperatuur
buiten vloeit alles over beton, steen en
plamuur

en ik ben maar van vlees en bloed
zweet en tranen, maar dat is alleen maar
goed, want wat beweegt en vloeit
door banen
kan veranderen en groeien in
overvloed

het komt weer neer op enkele woorden
luttel, simpel, hier neergelegd voor jou,
want ik ben maar van vlees en bloed, 
uit woorden op papier
slecht en goed
(binnen veilig en gesloten,
buiten stromend met moed)

woensdag 25 september 2013

Kindergeschiedenis

Mijn schoenen schrapen over beton
vergeten kauwgom
gaten in maten
hol en vol
met geschiedenis, prul en stof
van mensen, dieren, opgerold

allemaal wel zo tof
(gelaten)

mijn schoenen passen net niet in één tegel
op zebrapaden zijn zwarte stroken hetzelfde
als witte

zoals dat altijd is
(en was)

mijn schoenen zijn mooi gestrikt
piepen niet meer zo iel
passen net zo mooi
precies en vol (met veters)

mijn schoenen schrapen over beton
(nooit vergeten)
tegels passen niet
zebrapaden ook niet
maar nog steeds zijn alle straten vol

met kinderen
(allemaal) zo dol

zondag 21 juli 2013

Naamloos

Er is iets mis met zijn voetstappen. Schaduw vlucht weg, licht kruipt in alle hoeken en verjaagt de strakke lijntjes om zijn mond. 

Er is iets mis met zijn trede, want hij loopt perfect op maat, zonder aarzeling en spijt.
Achter hem kleuren de tegels; rood krijst tegen grijs, druipt en kruipt in de kieren. 

En er iets mis met zijn ademhaling, zijn hart, zijn gedachten, geschiedenis, toekomst en gezicht, want hij kan alleen nog het heden zien. 

Moed is niet te vinden in zijn ogen,  noch triomf. Maar hij wilt van de daken schreeuwen wat hij heeft gedaan, kokhalzen, brullen en huilen. Maar moed ontbreekt, want zo is het leven, rond en strak, lang en onherroepelijk met elkaar verbonden, zodat alles loopt zoals het moet lopen en alles ook eindigt zoals het moet eindigen.

Nee, moed is niet te vinden in zijn lichaam, want elke vezel, elke atoom, elk klein deeltje waar hij uit is gemaakt, heeft hem gevormd en  gesmolten tot wat hij is.

*

Bloed is een merkwaardig ding.
Hij verwacht dat het zinderend is, zo heet dat blaren op zijn handen zullen ontspringen als hij ermee in contact komt. Het is niet waterig, noch stroperig, maar net tussenin.

Net tussenin.

Het glipt door zijn vingers, het blijft hardnekkig onder zijn nagels zitten, onbeweeglijk en spottend, ondanks alle schoonmaakmiddelen die hij onder de gootsteen bewaart.

Bloed is een merkwaardig ding, vooral als het bloed is dat je allebei deelt. Bloedsbroeders delen immers hetzelfde bloed, zoals tweelingen dat doen.

*

Dit is wat er schiet door zijn hoofd:

Een stilte bestaat nooit uit één ding. Er zijn duizenden gedachten en emoties die vechten. Ze duwen, trekken, slippen en zinken.  En soms lijkt het alsof hij maar één ding voelt – nooit spijt – maar dan glipt het weg en is de stilte weer alleen. 

Maar er moet een bepaalde betekenis hierachter liggen, sommige woorden moeten gezegd worden, zoals vaarwel, of tot ziens in hel, of doe mijn broer de groeten als je hem ziet.

Maar stilte gedraagt zich zoals het zich hoort te gedragen, leeg en onbreekbaar, fragiel en –

Dood is zoals het altijd is.
Kil, leeg en zonder betekenis. 

*

'Ik had eens een broer,' zegt hij.

'Je was enig kind,' zegt zijn vader.

'Doe mijn broer de groeten als je hem ziet,' zegt hij.

Zijn vader sluit zijn ogen.

*

Hij schiet.

*


Er is iets mis met zijn voetstappen.
Ze blijven bewegen, want hoe zal het leven verder gaan?
Hij belt 112 en –

'Mijn broer is dood –'

en

'Mijn vader is dood –'

en er iets mis met elke cel, elke atoom, want zijn longen maken gretig gebruik van de zuurstof, zijn voeten zetten stappen – en zijn ogen zien alles en niks.

Stilte vecht, bestrijdt alle indringers totdat hij niks voelt en hij weg ebt in de zee van stilte, uitgestrekt van de hemel tot de hel. 

Dat is, denkt hij, hoe het leven is, zonder toekomst en geschiedenis.